doetsjka.reismee.nl

Shafik, Doreen, Denice & de tweeling

Naast het tienermoederproject, ben ik ook bezig met andere dingen. Zo kennen jullie Bashal al, voor wie er helaas nog steeds geen hulp in zicht is.

In 2013 heb ik ook Hadija, Yunus en Shafik leren kennen. Drie blinde kinderen uit één gezin. Yunus van acht gaat sinds die tijd naar een blindenschool en Hadija van een jaar of twintig leert bij een project om manden en matten te vlechten. Met zijn zes jaar vond ik het nu tijd om ook iets voor de jongste, Shafik, te doen. Deze week is hij met zijn moeder naar het ziekenhuis in Jinja gekomen om zijn ogen te laten onderzoeken. Shafik moest aangeven hoeveel vingers de dokter op stak, terwijl hij met zijn handje steeds één oog af moest dekken. Er kwam ook een zaklamp bij kijken om in de ogen te turen, oogdruppels en een gespecialiseerde oogdokter. Na een paar uur was het de dokters duidelijk. Shafik zal het weinige zicht dat hij nog heeft verliezen. Vitaminedruppels en het dragen van een pet tegen de felle zonneschijn kan dit proces wat vertragen. Het advies van de artsen was om Shafik eerst naar een reguliere school te sturen, om mogelijk daarna over te stappen op een blindenschool. Kleine kanttekening: er moet dan wel een special teacher voor Shafik in de klas komen. Het dorpje waar Shafik woont is echter zó ver van de bewoonde wereld, dat waarschijnlijk noch Shafik, nog een special teacher zijn weg naar de school zal vinden. Misschien is het voor deze kleine man beter om, net als zijn broer Yunus, naar de blindenschool in Jinja te gaan. De kinderen leren daar braille, maar nemen verder gewoon deel aan de reguliere lessen van de Spire Road school.

Wellicht kunnen medicijnen ook nog iets betekenen voor Hadija en Yunus. Zij zijn vrijdag aan de beurt bij de oogarts. Verrassend was het om te horen dat Hadija een dochtertje van een jaar of twee heeft. Hoewel de familie aangeeft dat zij goed kan zien, mag ook zij zich vrijdag aansluiten in de rij voor de oogarts.

Kort geleden heb ik Doreen en Denice ontmoet. Via een organisatie had ik het verhaal van Doreen gehoord, die na een ongeluk in een rolstoel terecht is gekomen. Ze is een jaar of twintig en zit al meer dan haar halve leven in de rolstoel. Mij was gevraagd om haar te helpen bij de communicatie, aangezien ook dit moeilijk voor haar zou zijn. Ik was op het ergste voorbereid. Ik trof een dame aan met duidelijk een handicap. Haar botten zijn op verschillende plaatsen vergroeid en ze kan zich niet zelfstandig verplaatsen. Maar met haar communicatie is niks mis. Ze vertelde me dat haar rolstoel al een tijdje kapot was en dat ze haar huis niet kon verlaten. Hierdoor voelde ze zich verveeld, eenzaam en zei ze “de dingen te veel te gaan overdenken”.

Ik besloot jullie giften te gebruiken om haar rolstoel te laten repareren. Een week later kwam ik bij haar terug. Ik tilde mezelf bijna een breuk om haar in de rolstoel te krijgen (je zult zien dat er op zulke momenten geen familie en buren te bekennen zijn), maar rolde haar even later vrolijk rond. Ondertussen vertelde ze het verhaal van het ongeluk, een stuk minder vrolijk. Zoals veel mensen in haar woonplaats Masese, komt ook Doreen uit het Noorden van Oeganda. Dat gebied is jaren geteisterd door een rebellenleger. Honderden, duizenden kinderen zijn ontvoerd om in dit leger mee te vechten. In de naam van een man, die niet eens de reden kan noemen van zijn acties. Op het moment is hij niet zo zeer in Oeganda actief, maar wel in buurlanden. In de jaren negentig is het leven van Doreen in één dag drastisch veranderd, toen ze zich in een bosje verstopte tijdens gevechten tussen het rebellenleger en het regeringsleger. Ze ontkwam aan het rebellenleger, maar werd in haar schuilplaats aangereden door een wagen van het regeringsleger. De soldaten van het regeringsleger hebben haar naar een ziekenhuis gebracht, en daar heeft ze vervolgens een groot gedeelte van haar jeugd geleefd. Na een lange periode van operaties en herstel, besloot haar gezin naar Jinja te vertrekken, op zoek naar het betere leven. Doreen probeert er, ondanks haar handicap, het beste van te maken. Hopelijk kan zij op korte termijn deel nemen aan een project van de man die ook haar rolstoel heeft gerepareerd. Onder zijn hoede leren verschillende jongeren met een handicap om goederen te maken die met goede winst verkocht kunnen worden.

Toen ik Doreen voor het eerst ontmoette, werd ik afgeleid door een vrolijk “gekraai”. Bij de buren bleek een meisje te wonen dat verlamd is, maar dat toch de aandacht probeerde te trekken. Een klein hoopje mens, liggend op een lege meelzak. Zeven jaar oud, destijds veel te vroeg geboren, met een spastische verlamming en een stralende glimlach. Prachtig om te zien hoe Denice met haar moeder communiceert, zonder dat ze kan praten. Puur door naar de ogen van het meisje te kijken, weet haar moeder wat ze wil. Omdat Denice het weigert om in haar rolstoel te zitten (die totaal niet geschikt is voor het spastische lichaampje van Denice), draagt haar moeder haar overal naartoe. Ik kan natuurlijk geen onderscheid maken tussen buurvrouw Doreen en buurmeisje Denice, dus is nu ook de rolstoel van Denice achter op een brommer geladen. Binnenkort zal duidelijk zijn of de rolstoel van Denice aangepast zal worden, of dat zij een andere nodig heeft. In elk geval zal moeder haar binnenkort niet meer altijd op haar rug hoeven dragen!

Ook heel kleine mensjes kunnen soms hulp gebruiken. Sylivia, een hele leuke vrouw die ik in 2013 heb leren kennen in Oeganda, vroeg me om naar haar tweeling-neefje-en-nichtje te komen kijken. Hun moeder is tijdens de bevalling overleden en de kindjes, nu bijna 4 maanden oud, zouden het zwaar hebben. Toen ik de kindjes zag, was dit me al snel duidelijk. Met hun vier maanden, zijn ze nauwelijks groter dan een pasgeboren baby. De familie van de kindjes doet er alles aan om ze in leven te houden, maar er is geen borstvoeding en nauwelijks geld voor kunstvoeding. Dus leven de baby’s op sojaporridge: sojameel, aangelengd met water. Dat dit niet erg goed is voor een baby leek me duidelijk, maar ik besloot te wachten op de komst van vrijwillige verloskundige Elise, om haar de zaak voor te leggen. Een paar dagen later ging ze met me mee, op weg naar de tweeling. De kindjes blijken volgens haar inderdaad eenzelfde gewicht te hebben als een pasgeboren baby in Nederland. Dit zouden ze niet lang meer vol kunnen houden. Gelukkig krijgen deze kleine mensjes een goede kans, nu ze de komende maanden melkmoeder krijgen van jullie donaties en Elise een oogje in het zeil houdt. Prachtig om te zien hoe de familieleden samen de taak op zich nemen om de tweeling te helpen. De vader wil elke dag een kleine bijdrage geven aan de melkpoeder. Samen sta je sterker.

Liefs, Diede

p.s. Elise schrijft ook een blog: eliseromijnders.waarbenjij.nu

De brief van Evelyn

Evelyne is een van de tienermoeders uit het babysittersproject. Zij was er vanaf het eerste begin bij. Doordat zij een van de weinige meiden is die Engels spreekt, heb ik geregeld contact met haar.

Ze brengt haar zoontje Jerry één dag in de week naar de babysitter en dit bevalt haar goed. Op die dag, geeft ze aan net wat meer geld te verdienen in de stad dan anders.
Vaak ook geeft ze haar inbreng in het project, vertaalt voor andere meiden en geeft aan hoe de dingen verlopen. In het begin was ze juist erg sceptisch over het project, en gaf ze aan haar kind niet naar een babysitter te willen brengen. Heel leuk om te zien hoe ze van mening is veranderd en nu zeer betrokken is bij het project.

Maar geld verdienen met bonen sorteren, houtskool verzamelen of rottend fruit van de weg rapen is niet wat ze haar hele leven wil doen. Ze heeft me enkele keren gevraagd om een sponsor voor haar te zoeken, zodat ze haar middelbare school af kan maken. Daarna zou ze graag een course willen volgen, welke course dan ook, om aan het werk te kunnen.

In haar verhaal en brief geeft ze aan dat ze, zoals vele andere meiden hier in de sloppenwijk, vanwege armoede vanuit het Noorden van het land naar Jinja is gekomen. Dat was in 2012. In de tijd dat een project haar sponsorde om S3 (middelbare school klas 3) af te maken en een ander project haar onderdak verschafte, heeft een man haar bezwangerd. Vlak daarna was zij weer genoodzaakt om onderdak te zoeken in de sloppenwijk. Daar woont ze nu nog, samen met Jerry.

In haar brief vraagt ze mijn landgenoten of zij iemand weten die haar zou kunnen sponsoren om de laatste twee jaren van haar middelbare school af te maken. Dat komt neer op 723.000 Oegandese shilling (dat is €217,-) per jaar.

Daarnaast wenst ze jullie allemaal alvast een voorspoeding 2015! Een beetje vroeg zou je misschien denken, maar op verschillende plaatsten wordt hier de kerstboom al gezet. Compleet met gekleurde lampjes, bij 35 graden. Oeganda zit vol verrassingen.

Liefs, Diede

Zijden draadjes

Donderdag 13 november

Zijden draadjes

Voor een goede vlieger heb je stevig touw nodig. Deze week hebben we echter veel situaties ‘aan een zijden draadje’ gezien.

Maar eerst ander nieuws. Mijn lieve vader is gisteren weer naar huis gegaan. Het was fantastisch om drie weken met hem in Oeganda te zijn. We hadden besloten om drie jongens uit het family house mee te nemen naar het vliegveld. Zij zouden voor het eerst in hun leven Kampala (hoofdstad van Oeganda) zien, een vliegveld, en dus ook vliegtuigen! Terwijl we wachtten op het moment dat pap in kon gaan checken, keken de jongens hun ogen uit. Dit begon al op de parkeerplaats: ‘is the airplane coming here?’.
De jongens hebben net de primary school af gemaakt, maar elke dag merk ik hoe weinig kinderen en volwassenen van bepaalde dingen af weten. Duidelijk is dat het onderwijs hier heel anders in elkaar zit dan in Nederland.

Joshua, het tweejarige zoontje van Ayida (de social worker) wijst vandaag continue naar de lucht en zegt: ‘Odongo is there. In the airplane’. Halverwege zijn verblijf hier, hebben de kinderen pap omgedoopt tot Odongo!

Samen zijn Odongo en ik in het weekend naar de Sipi falls geweest. Enorme watervallen in een prachtig groen natuurgebied. We maakten een wandeling die niet alleen uitputtend, maar soms ook angstaanjagend was. Maar onze gids had weinig begrip voor mijn hoogtevrees: ik kon kiezen uit ‘trap af’ of ‘alleen achter blijven’! Ook kregen we de gelegenheid om in een echte Oegandese zuiphut ‘kobek’, oftewel zelfgebrouwen bier te drinken. In zo’n hut zit het halve dorp bij elkaar met meterslange rietjes bier uit een kruik te drinken. Ik zelf geef toch echt de voorkeur aan een koud, ingeblikt fabrieksbiertje!

De avond dat we terug kwamen van het tripje naar de watervallen, besloot ik eens lekker buiten op de stoep te gaan zitten. Gewoon, lekker even niks. De rust was van korte duur, want ik werd opgeschrikt door een vreemd geluid. Een bons, gekraak, het geluid van een rijdende brommer. Ik nam een kijkje over het hek van het huis en zag een brommer op de grond liggen, waarvan de motor nog draaide en de lampen brandden. Maar geen driver te zien! Voordat ik uit kon roepen dat er een brommerrijder was gevallen, stond Brian (werker in het huis) al buiten het hek. Volgens hem was de man, die een paar meter van de brommer vandaan lag, stervende. Een leven aan een zijden draadje.
Brian had die dag toevallig een auto van iemand geleend en besloot de man met spoed naar een privéziekenhuis te brengen. Dit zijn de enige ziekenhuizen die ’s nachts mogelijk bereid zijn iets voor een patiënt te doen. De man kwam langzamerhand bij bewustzijn maar was flink gewond. Zijn overlevingskans zou groter zijn, als er bij aankomst in het ziekenhuis meteen geld getoond kon worden (zo gaat dat in een corrupt land als Oeganda). Toevallig had ik die dag gepind, omdat pap over een paar dagen naar het vliegtuig gebracht zou moeten worden. Het hoogste bedrag dat je hier uit een pinautomaat kunt halen is €210,-. Dat is een heel pak Oegandese shillings. Het moment dat ik besloot deze briefjes te gebruiken voor de gewonde man, was vreemd. Ik moest besluiten hoeveel we op dat moment (van jullie donaties) voor hem zouden gebruiken. Een beslissing van misschien wel leven en dood. Hoeveel is een mensenleven waard?
Veel tijd om daarover na te denken was er niet en Brian vertrok met de man (en de guard en een van de jongens van het huis, die de man ondersteunden) naar het ziekenhuis. De man bleek een schedelfractuur te hebben, een flinke hoofdwond en een gebroken schouder. Zijn toestand was gelukkig al snel stabiel. Als er die avond geen auto in de buurt was geweest, of geen mensen die het aandurfden het ongeluk van dichterbij te kijken, was het niet zo goed afgelopen voor deze man. Mensen schieten in Oeganda niet gauw te hulp bij een dergelijk ongeval. Wat als deze man van zijn brommer is geslagen door een boef die nog naast de weg in de maïs zit? En stel je voor dat je met ziekenhuiskosten van een vreemde wordt opgezadeld...?
Een paar jongens uit het huis haalden de brommer binnen de poort en speculeerden over de toedracht van het ongeluk. Had de man te hard gereden en was de standaard per ongeluk op de grond gevallen, waardoor hij over de kop ging? Of was dit inderdaad een poging tot diefstal van de brommer?
De volgende dag ging het in elk geval weer een stukje beter met de man, genaamd Abdou. De schedelfractuur heeft geen ernstige gevolgen en zal vanzelf genezen in de loop der tijd. De brommer werd die middag opgehaald door twee mannen. Tot vandaag is onduidelijk wie deze mannen precies waren: Abdou zegt nu dat zijn brommer op dat moment gestolen. Maar dankbaar is hij dat hij nog leeft. En zijn vrouw en drie kinderen niet alleen achter laat.
Zijn leven kostte die nacht 650.000 Oegandse shilling: ongeveer €195,-. Hij is nu ontslagen uit het ziekenhuis en er moet hiervoor nog een rekening van 50.000 shilling betaald worden. Dit gaat het gezin zelf bij elkaar sprokkelen.

Een jongen met een bloedziekte, voor wie we een week of twee geleden transport hebben betaald om een NGO te bereiken die een ziekenhuisopname zou regelen, is gisteren overleden. Zijn zijden draadje was te dun. Hij lag al ruim twee jaar met een vreselijk ontstoken been op bed in zijn hut. Deze bloedziekte (cickle cell disease) zorgt ervoor dat de patiënt eigenlijk continue bloedarmoede heeft en daarnaast is het bloed niet gezond genoeg om organen en ledematen gezond te houden. Bij navraag blijkt dat deze NGO volgens de familie eigenlijk niks gedaan heeft voor de jongen. Ze hebben hem min of meer gewoon in het ziekenhuis af geleverd. Zoals ik al zei, heeft dat geen enkele zin als er verder niet betaald wordt. Ook waren zij totenkele uren geledenniet bereid om de familie geld te geven om het lichaam vanuit het ziekenhuis naar huis te brengen. Daar word ik zo moedeloos van. Ik zie hier steeds meer organisaties die veel praten, maar weinig doen. Zij hebben vaak prachtige websites vol verhalen, maar de waarheid is minder mooi.

Bashal is naar Kampala geweest voor een EEG. Maar Bashal zou Bashal niet zijn, als er niet weer iets mis ging. Tijdens de EEG-procedure moest hij namelijk in slaap zijn, maar dit weigerde hij, zelfs na het toedienen van verschillende slaapmiddelen. Bang om hem een overdosis te geven, hebben de dokters van het EEG afgezien. Hopelijk neemt Ekisa, de stichting die bereid is Bashal en zijn moeder te gaan coachen, deze procedure over. Bashal denkt er het zijne over, terwijl hij sinds kort heeft ontdekt dat hij een mooi uitzicht heeft vanaf het dak van zijn “kooi”.

De tienermoeders doen het goed! Een tiental kinderen is deze week naar de babysitters gebracht en de moeders hebben zelf in de kosten daarvoor bij gedragen. Terwijl ze aan het werk waren, hebben we enkele van de babysitters bezocht en dat was hartstikke leuk. Al is het in een sloppenwijk (maar wel hun eigen leefomgeving), de baby’s vinden het helemaal prima. De één zit in bad, de ander krijgt een beker posho (maïspap) en de derde hangt bij de babysitter op de rug. Een mooi begin?

Teen mom – episode 3 & de vlieger die op ging

Teen mom - episode 3

Gisteren hebben we de zesde tienermoedermeeting gehad. Ondanks dat sommige moeders afhaken omdat ze niet krijgen wat ze willen, blijft hun aantal groeien. Met een groepje van ongeveer 20 moeders zijn we het eens geworden over het babysitterplan.

In de groep zijn 8 moeders, van wie het kind nog heel jong is en dus borstvoedingafhankelijk. Deze moeders kunnen in principe niet naar de stad om te werken. In overleg hebben we besloten dat deze moeders de babysitters zullen zijn. Naast hun eigen kinderen, zullen zij om de beurt voor een twintig-tal kinderen zorgen. Niet voor alle twintig tegelijk, maar in groepjes van zo’n 4 kinderen. De moeders die hun kind naar de babysitter brengen, hebben die dag veel meer kans op werk in de stad en dus op meer inkomen.

Aan de hand van hun inkomen hebben we besloten dat een moeder per kind 500 shilling aan de babysitter geeft. Dat is ongeveer 15 eurocent, maar wel ongeveer een kwart van hun daginkomen. De moeders hebben er vertrouwen in dat hun daginkomen zal groeien als hun kind bij de babysitter is, dus zijn zij er allemaal toe bereid dit bedrag neer te leggen. Ook zijn zij het er over eens dat de babysitter die dag een boel werk te doen heeft (wassen, voeden, opruimen, spelen, enz.) en dat zij een behoorlijk inkomen verdient: 5000 shilling per dag. Deze kosten kunnen niet uit het bedrag gehaald worden dat de moeders in leggen. Met hulp van jullie fantastische giften kunnen wij dit aanvullen. Ook worden de giften gebruikt om goede, gezonde voeding aan de kinderen te bieden op de dagen dat zij bij de babysitter zijn. Alle moeders willen hun kind 2 dagen in de week naar de babysitter brengen. Enkele kilo’s rijst, bonen, posho (maïsmeel), suiker en een paar tomaten, uien en een stuk zeep om de poepbroeken te wassen zijn dus wekelijks nodig. We zullen de komende tijd zien hoe het gaat! Ik vind het in elk geval zeer hoopvul dat zo een groot aantal jonge vrouwen bereid is mee te doen aan een voor hen totaal onbekend project, waarvoor ze ook nog eens zelf geld in moeten leggen. De bedoeling hiervan is natuurlijk, dat mensen uiteindelijk zelf verantwoordelijk zijn voor hun kinderen en zich dus ook verantwoordelijk op moeten stellen. De babysitters zorgen in hun eigen huis voor de kinderen. We zijn bezig om alle babysitters thuis te bezoeken. Twee van hen gaan woensdag al aan de slag en hen zullen we ook bezoeken als ze aan het werk zijn. Slechts enkele van hen spreken Engels, maar de kloof tussen mij en hen wordt elke keer een stukje kleiner. Ook met tussenkomst van een vertaler kun je elkaar steeds beter leren kennen. En dat geeft wederzijds vertrouwen.

Vliegers

Verder gingen deze week vele vliegers op. Bashal krijgt vrijdag een EEG (ook van jullie giften) en er zal dan hopelijk eindelijk meer bekend worden over zijn toestand en wat daar aan te doen is. Bovendien heeft Ekisa, een project voor kinderen met een handicap, toegezegd om Bashal en zijn moeder te willen coachen.

Met Scovia (de poetsvrouw van het huis waar ik verblijf) en haar zoon Godfry (die tevens in het huis verblijft) hebben we Edward bezocht in Our Own Home. Dat is een opvanghuis voor kinderen met HIV/AIDS. Edward is de jongste zoon van Scovia en dus Godfry’s broertje. Het jongetje moest even wennen aan zijn moeder, die hij al een jaar niet gezien had. Vervolgens wou hij haar niet meer laten gaan.

In diezelfde opvang heb ik Emmanuel weer terug gezien. Emmanuel is in 2013, na een ziekenhuisverblijf omdat hij ernstig ondervoed en ziek was, ook in Our Own Home terecht gekomen. Ik heb geprobeerd om zijn moeder te vinden. Ik heb haar helaas nog niet gezien. Haar oude buurtgenoten weten wel waar ze is; ze zou samen met haar nieuwe man verhuisd zijn. Emmanuel lijkt niet veel gegroeid en hij is nog steeds een ziek, stil mannetje. Hopelijk komt hij er nog wat meer bovenop, zodat hij als een normaal kind zal kunnen spelen in de toekomst.

Mijn lieve vadertje heeft aan de werknemers van een project dat rolstoelen maakt voor kinderen met een handicap, enkele laskappen gegeven en ook wat werkhandschoenen, beschermingsbrillen en gehoorbeschermers. Vooralsnog maakten deze mannen die zulk fantastisch werk doen enkel gebruik van gewone zonnebrillen bij het lassen. Beschermingsbrillen, werkhandschoenen en gehoorbeschermers hadden ze nog nooit gezien. Direct demonstreerden ze aan elkaar dat ze kunnen lassen met laskap. Terwijl de lasser zijn ogen nu beschermde, keek de rest vol in de lasvlam (vele malen feller dan het kijken naar de zon) om te kijken of de lasser het goed deed. Afrikanen, Afrikanen, wat kunnen jullie nog veel leren... Na duidelijke instructies dat ook omstanders niet in de lasvlam moeten kijken, kunnen de lassers letterlijk weer hun toekomst in -kijken-.

Er ging ook letterlijk een vlieger op! Pap heeft onder toezicht oog van de jongens uit het family house waar we verblijven, een prachtige vlieger gemaakt van wat houtjes, een plastic zak en een waslijn. Toen het behoorlijk begon te waaien (wat regelmatig voorkomt in het regenseizoen), kon die getest worden. De kinderen waren door het dolle heen!
The sky is the limit.

Liefs,

Diede

Oude bekenden & Teen mom - episode 2

Vrijdag 24 oktober

Oude bekenden & Teen mom - episode 2

Oude bekenden

Net als fietsen, verleer je ook wassen op de hand niet. En daar begon de ochtend dus mee. Na het ontbijt vertrokken we vervolgens naar Mpumudde. Een klein dorpje met oude bekenden.

Eerst pikten we Moses op, een man die een klein boys home runt, en die mijn oude vriendje Bashal (zie eerdere verhaal 'Bashal') af en toe heeft bezocht om te kijken hoe het met hem ging. Ik ontmoette Bashal in 2013. Zijn situatie was niet al te best. Hij had duidelijk een achterstand: kon niet praten, keek je niet aan, en had volgens moeder last van toevallen. Zij kon geen medische zorg betalen, dus bleef Bashal vooral waar hij was: voor het huisje in een soort van kooi. Destijds hebben we geprobeerd om hem medisch te laten onderzoeken, en hebben we gezocht naar mogelijkheden om de omstandigheden van Bashal te verbeteren. Dokters concludeerden dat Bashal autistisch zou zijn. Maar verder dan die conclusie, zijn we niet gekomen.

Ook terug in Nederland bleef ik aan Bashal denken. Maar ondanks vele e-mails tussen Nederland en Oeganda lukte het niet om enige hulp voor hem te vinden.
Blij was ik, toen ik hem vanochtend weer zag. Verdrietig, om hem nog in precies dezelfde situatie te zien. Hoop, omdat Brian, Moses en ik besloten hebben om nogmaals hulp aan te vragen bij een andere organisatie in de buurt van Jinja. Zij helpen families met kinderen met een handicap. Ondanks dat we eerder een “nee” van hen te horen hebben gekregen toen we om hulp voor Bashal vroegen, hopen we nu toch dat ze Bashal en zijn moeder bij willen staan. Zij zouden haar wellicht kunnen leren hoe zij het beste voor Bashal kan zorgen, zodat hij zich beter kan ontwikkelen. Op het moment hebben we voor deze optie besloten, omdat Bashal er in zijn gedrag niet makkelijker op is geworden het afgelopen jaar. Hij loopt weg, eet alles wat hij tegen komt en lijkt alleen wat met zijn moeder te kunnen communiceren: bij haar wordt hij rustig. Ookal zijn er hier in Jinja vele organisaties met de beste bedoelingen, het is de vraag of zij Bashal meer kunnen bieden dan zijn moeder.

Emmanuel, een jongetje met Down syndroom dat we in 2013 tegen kwamen, maakte mijn dag goed. Hij ziet er goed uit, loopt, luistert naar zijn moeder, en... praat! Met veel geduld heeft zijn moeder hem leren praten en ze is vastbesloten om hem volgend jaar naar de Primary school te laten gaan! Vandaag leerde hij er een nieuw woordje bij: ‘mzungu!’.

Vanochtend zijn overigens de 2 jongste van de vijf weeskinderen opgehaald. We hebben geprobeerd om ze bij elkaar te houden met behulp van een andere organisatie, maar voor we het wisten zijn de twee jongste meegenomen door een weeshuis. De drie oudste zijn nog in de sloppenwijk Masese. Hun tante heeft het afgelopen jaar voor hun zieke moeder gezorgd. Deze vrouw is hiervoor speciaal uit het Noorden van Oeganda gekomen. Nu de moeder is overleden, wil de tante terug naar haar eigen kinderen in het Noorden. Ze heeft echter geen geld voor de terugreis. Met 12 euro hebben we haar de mogelijkheid gegeven om na ruim een jaar terug te keren naar haar eigen gezin.

Teen mom – episode 2

Vandaag om 5 uur was de tweede bijeenkomst van de tienermoeders. De groep was zo groot, dat we deze opgesplitst hebben. Groep 1 was vandaag als eerste aan de beurt om een plan van aanpak te bespreken. We verwachtten tien meiden, maar dat werden er al gauw weer veel meer. Uiteindelijk hebben we (Rukya en Aidah van Blessings en ik) aan 16 meiden een plan geboden. Bij de eerste meeting gaven de meeste meiden aan problemen te hebben met hun inkomsten. Ze kunnen de huur niet betalen, hebben soms geen eten en kunnen hun kind bij ziekte niet laten behandelen. Het feit dat ze een baby hebben, belet hen vaak om werk te vinden. Zo ontstond het idee voor een daycare. Als bijvoorbeeld vijf moeders samen werken en om de beurt op elkaars kinderen passen, krijgt de oppasmoeder een beetje van de verdiensten van de andere vier. Zo hebben ze alle vijf een mogelijkheid om te werken, terwijl op het moment minstens de helft van hen aan huis (beter gezegd hut) gebonden is.

Toen we het plan lanceerden, kon ik dekking zoeken. De dames verwachtten dat ik voedsel, kleding en medische kosten voor hun kinderen zou betalen of op zijn minst een baan in Nederland voor hen zou zoeken! En dit werd ons in enkele talen verteld, want zoals ik al eerder vertelde, komen alle dames uit Masese en is Masese een soort van toevluchtsoord vanuit het gehele land. Gelukkig bleken Rukya en Aidah niet alleen geboren vertalers, ook gooiden ze hun overtuigingskracht voor het plan in de strijd. Na een uurtje hadden de moeders geen vragen meer. Sommige vertrokken met een baalgezicht. Anderen vroegen of ik hun naam op de lijst wou schrijven. De geïnteresseerde dames mogen dinsdag weer komen om het plan verder uit te werken. Zij hebben in principe niks te verliezen, dus ik hoop dat sommigen de uitdaging aan gaan.

Maar dat dit lastig kan zijn, vertelde Brian ’s avonds. ‘People here are spoiled by organisations’, zei hij. Waarom zouden ze met een plan als dit in zee gaan, als ze bij een andere organisatie voedsel voor hun kind krijgen en een flesje cola voor zichzelf? Omdat sommige meiden verder denken dan vandaag en morgen. Omdat zij zelfstandig willen worden en ook op de lange termijn goed voor hun kind willen zorgen. Die meiden hoop ik dinsdag te zien, maar dat is dus nog afwachten...

Zaterdag 25 oktober

Oude bekenden van Seeta Nazigo

De vorige keer dat ik in Oeganda was, verbleef ik ongeveer een maand in een heel klein dorpje tussen veel groen: Seeta Nazigo. Zaterdag heb ik het dorpje bezocht. Wederom een fantastisch weerzien. De foto's spreken voor zich!

Teen mom 1 & De kinderen en de witte engel

Woensdag 22 oktober
Teen mom - episode 1

Eergisteren zijn we aangekomen in Oeganda. Een goede vlucht gehad en ook de ebola-check kwamen we met vlag en wimpel door. Dit houdt in: alle vragen als 'did you have a fever (recently)' of 'has there come blood out of your nose or other bodyparts (recently)' met "nee" beantwoorden, een thermometer tegen je hoofd en het ontsmetten van de handen met alcohol.

Na een overnachting in een hostel bij het vliegveld en de volgende dag een tocht per auto van zes uur (120 km) arriveerden we in Jinja. Hier zal ik drie maanden verblijven in een soort gezinsvervangend tehuis (http://www.blessings4you-uganda.org/). Mijn vader is er de eerste drie weken bij, en ons werd een heel warm welkom geheten. De meeste kinderen uit het huis komen pas rond 5 uur thuis uit school dus die heb ik nog niet zo veel gezien.

Vanochtend gingen we op pad naar de sloppenwijk Masese, hier dicht bij huis. Brian, een medewerker van het huis ging met ons mee. Het is niet mijn eerste keer dat ik in zo'n wijk ben, maar het blijft schokkend. In Masese wonen veel mensen die uit het noorden van Oeganda komen. Zij komen hier op zoek naar een beter leven. Het noorden van Oeganda wordt geteisterd door droogte, oorlog en vele vluchtelingen, tevens uit Zuid-Sudan. Maar de meeste mensen die naar Jinja komen, kunnen ook hier nauwelijks of niet rond komen. Zij komen terecht in sloppenwijken en wonen in stenen of lemen huisjes. Die zijn vaak niet meer dan een paar vierkante meter groot. Er heersen vele ziekten. Kinderen met allerlei soorten huidaandoeningen en andere ziekten door gebrek aan hygiëne, ondervoeding, en dan is er ook nog de o zo kwetsbare groep van kinderen met een handicap. Uit vele hoeken kwamen vragen voor hulp, vooral ook gericht aan Brian, die in de wijk bekend is vanwege de organisatie.

Maar we hebben besloten om het vandaag te houden bij een paar tienermoeders. We nodigden hen uit om om 5 uur naar het huis van het project te komen. Om half 5 werd de krakende poort geopend. De meisjes (allemaal uit de wijk Masese) druppelden binnen. Niet een, twee... Maar een stuk of 15. Om de beurt vertelden ze hun verhaal. Agnes, 17 jaar, baby van 4 maanden. Lucy, 17 jaar, baby van 5 maanden. Angelina, 17 jaar, baby van 1 jaar. Alice, 17 jaar, tweeling van 1 jaar en 9 maanden. Terwijl ze hun verhaal deden, bleef de poort kraken en bleven de meisjes binnen komen. Uiteindelijk telden we 21 jonge moeders. Vijf ervan begrepen Engels. Vier van hen hebben de basisschool afgemaakt. Daarvan zijn er weer 3 naar de middelbare school gemaakt maar hebben die, vanwege hun zwangerschap, niet afgemaakt. Alle vaders van de baby's hebben de moeders verlaten. Bijna alle meiden vertrekken 's ochtends vroeg naar de stad om geld te verdienen. Ze sorteren bonen, rapen afval-fruit of doen andere klusjes, waarmee ze met een beetje geluk bijna 1 euro per dag verdienen. Sommige nemen hun baby mee naar de stad, maar de meeste niet. De kans is dan namelijk kleiner dat ze een klusje mogen doen. Sommige baby's blijven bij de buren, andere blijven bij een "oppas". Zo'n oppas is gemiddeld 8 jaar oud. De tweeling blijft als moeder overdag naar de stad is bij hun 4-jarige zusje. De mama's zeggen allemaal dat ze hun baby hebben laten inenten. Zelf willen ze graag getest worden op HIV/AIDS. Veel van hun kinderen zijn ziek, ondervoed en te klein voor hun leeftijd. De meiden geven allemaal een "top 3 van challenges" aan: het betalen van onderdak, voedsel en medische kosten. Bijna allemaal wonen ze op zichzelf in een lemen huisje, maar hebben ook een huurachterstand. De huur is zo'n 5 tot 9 euro per maand.

Voordat de mama's weer naar huis gingen hebben we hen in 2 groepen verdeeld en voor de volgende keer hier uitgenodigd. Ik zou het fantastisch vinden om moeders in deze situatie te helpen. De dames zeggen dat ze alleen tijdens hun zwangerschap soms wat hulp van organisaties hebben gekregen. Maar nu is er niks meer. Wat kan de toekomst brengen? Ik geloof dat er tussen zwangerschap en weeshuis een groot gat is in ontwikkelingshulp Oeganda. Ik hoopte deze periode iets te kunnen betekenen voor enkele jonge mama's. Maar dat de opkomst zo groot zou zijn, dat had ik niet verwacht.

Veel liefs,

Diede

Donderdag 23 oktober

De kinderen en de witte engel

Op de dag van teen mom – episode 1, ontmoetten we niet alleen tienermoeders. Een vrouw bracht ons naar een gezin van vijf kinderen. Twee dagen ervoor was de moeder begraven en de vader was al eerder gestorven. Een jongen van 17, drie meisjes van 15, 13 en 7 en een jongetje van 2 blijven achter. Brian probeert nu voor de kinderen een oplossing te zoeken. De weeshuizen willen de jongste (John) wel op zich nemen, wat er met de rest van de kinderen gebeurt is nog onduidelijk. Voorlopig zijn ze nog met zijn allen bij elkaar in hun huisje. We hebben hen voedsel gebracht en besloten de achterstallige huur te betalen, zodat de kinderen niet op straat gezet worden. Baby John is ontroostbaar, maar valt in slaap als Brian hem een tijdje heen en weer wiegt. Brian spoort de grootste kinderen aan dit ook te doen.

Vanwege heftige regenval schuilen we een tijdje in hun huisje. Er ligt een witte kip op de grond. Die zal vanmiddag door de kinderen geslacht worden en op het graf van moeder gelegd worden als offer. Een witte kip, voor een witte engel: hun moeder.

Liefs,

Diede

Oeganda 2014

Ik ben er klaar voor!

Het is zondagavond. Morgen rond deze tijd land ik voor de derde keer in Entebbe, Oeganda. Fantastisch dat ik dit weer voor drie maanden mee mag maken.

Via deze site houd ik jullie natuurlijk weer op de hoogte. Leuk dat jullie mee kijken!

Veel liefs,

Diede

Daaaag, Oeganda

Lieve mensen,

Morgen vertrekken we. Morgen stappen we in het vliegtuig, kijken we nog een keer naar beneden, en laten we Oeganda achter. Onze grote en kleine vriendjes, het warme weer, de gastvrijheid, de taal van deze streek, de laatste puppy die voor onze deur werd gedumpt, onze gehele inboedel… Rijker dan ooit komen we terug. In een huis met muren van steen, dak, water en stroom. In tegenstelling tot Bryan, ons tienjarige vriendje die gisteren zijn hut heeft gerepareerd met koeienstront. Een dag later is nog te ruiken dat hij deze arbeid heeft verricht.
Vandaag zijn de scholen hier, na een vakantie van een paar weken, weer begonnen. Hopelijk zullen de buurtkinderen het “zwembad” dat we hier onlangs hebben geopend daardoor minder missen. Een paar weken terug kochten we een zeil, legden het hier op het gras en gooiden er water op. De kinderen geloven echt dat ze zich in een zwembad bevinden en oefenen elke dag de schoolslag.

Bright, een jongetje dat we nog kennen van de eerste keer dat we in Oeganda waren, gaat vandaag ook weer voor het eerst naar school. Zijn ouders betalen schoolgeld voor de drie oudste kinderen. Daardoor is het geld op en dat betekent dat Bright (6 jaar) de pineut is. Zijn naam zal hem geen eer aan doen, wanneer wij niet voor de komende twee jaar schoolgeld voor hem zouden hebben betaald, van jullie giften. Totale kosten voor 2 jaar basisschool (inclusief uniform, schoenen, sokken, boeken, pennen en potloden): 31 euro. Kassa.

Ook voor een Yunusu van 8, en zijn grote zus Hadija van 22 zal een nieuwe wereld open gaan. Ze zijn beiden blind, evenals hun jongere broertje van 4. Hun oom klopte op een dag bij ons aan, met de veelgehoorde vraag om hulp. Hadija, de zus, is enkele jaren naar een primary school geweest maar op een gegeven moment werd dit te moeilijk voor haar. Om die reden hebben de ouders de andere blinde kinderen nooit naar school gestuurd. Niet wetende wat te doen, hebben we contact opgenomen met het Lilianefonds. Zij zullen het schoolgeld voor Yunusu en Hadija betalen. Yunusu gaat naar een boarding school voor blinde kinderen. Hadija naar een school waar blinde jongeren matten en manden en zo leren vlechten. Toen we het gezin thuis opzochten, werden we weer met de neus op de feiten gedrukt: sommige mensen hebben echt niks. We hebben de gehele huisraad getaxeerd op drie euro: een paar borden, mes en vork, afwasbak en vier houten stoeltjes. In het huis, met daaromheen een paar kleihutjes, wonen de moeder van de blinde kinderen, de andere vrouw van hun vader en twaalf kinderen. De vader is overleden en dus proberen de vrouwen het gezin draaiende te houden met het verbouwen van wat mais, casave en het vangen van kleine visjes. Juist in zulke gezinnen, weten de mensen wat delen is. Natalie en ik, en zelfs onze brommerrijders werden getrakteerd op een flink bord rijst met een vis, en een beker melk (aangelengd met slootwater) met suiker. Gezien het Lilianefonds alleen bereid lijkt tot het betalen van de school fees (en dus niet de benodigdheden voor boarding school), hebben we gisteren inkopen gedaan. Twee bezems, vijf rollen pleepapier, tandpasta en tandenborstel, tien stukken zeep, handdoeken, twee wasteilen, vaseline, sokken, schoenen, schoenpoets en –borstel, borden en bekers, een matras, jerrycan en twee grote ijzeren kisten met sloten er op om de spullen in op te bergen. Totale kosten voor beide kinderen: 45 euro. Kassa.

En dan hebben we onze baby Emmanuel en zijn moeder Annet. Na een paar dagen in het ziekenhuis door te hebben gebracht met haar zoontje, heeft Annet besloten om het kind af te geven aan een Babies Home. Het kind leek zo ziek en ondervoed te zijn, omdat mama de moed voor hem had op gegeven. Veel hoop voor een HIV-besmet kindje, zonder vader en vaste verblijfplaats is er namelijk meestal niet. En dan wordt er niet meer voor een kindje gezorgd. Toen Annet er over na dacht om het kind een nieuwe kans te geven in een Babies Home, fleurde ze op. Ze was zo blij als een kind en probeerde op de valreep om Emmanuel aan te laten sterken. Na een paar dagen was het zover, en heeft Annet samen met ons haar kindje weg gebracht. Ik kan me niet indenken hoe ik me in zo’n situatie zou gedragen, maar ik heb respect voor Annet. Emmanuel is nu op een goede plek met 58 broertjes en zusjes die ook allemaal HIV/AIDS hebben, maar zoiets scheurt je hart in tweeën.
Om niet alleen Emmanuel, maar ook Annet een goede nieuwe start te geven, zijn we samen op zoek gegaan naar een huisje voor haar. Al snel vond ze een huisje, naast de vrouw die haar zoontje bij ons bracht. Geld voor de huur heeft ze niet, dus hebben wij het huisje voor de komende vier maanden gehuurd. Kosten voor vier maanden: 18 euro. Kosten inboedel: 16 euro. Annet heeft nu een eigen plekje en is op zoek naar een baan. Omdat er weinig werk is, bakt ze nu dagelijks casave en een soort pannekoekjes van een startkapitaal van 3 euro dat ze van ons gekregen heeft. Annet heeft hoop, is blij en kijkt uit naar het moment waarop ze genoeg geld heeft verdient om haar zoontje in het tehuis op te zoeken. Totale kosten: 37 euro.

Zoals ik al eerder schreef, heeft ook de moeder van John en Akena een startkapitaal van ons ontvangen, van vier- en halve euro. Met dat geld is ze naar de boeren gegaan, heeft groenten opgekocht – en – verkocht. Een paar dagen terug kwam ze trots haar verdiensten laten zien: een-en-veertigduizend shilling. Dat betekent dat ze het startkapitaal van vier euro vijftig heeft terugverdiend, plus een winst van zeven euro en 80 cent. Dat lijkt niet veel, maar voor hier is dat meer dan een gemiddeld maandinkomen, en dat in twee weken! Tjakka.

Onze Bashal staat nu op nummer één van de wachtlijst voor ‘Ekisa’: een day-care voor gehandicapte kinderen, op (Afrikaanse) loopafstand van hun woonplaats. Daarnaast is Bashal weer met anti-epileptica gestart. De eerste dagen was hij daardoor finaal van de kaart en was hij niet eens in staat om te zitten. Afrikaanse dokters… Nu de moeder is verteld dat Bashal de medicijnen met melk in moet nemen, gaat het beter. Maar natuurlijk is er geen geld voor melk. Ik hoop dan ook dat Bashal snel bij Ekisa terecht kan, en op die manier ook een E.E.G. krijgt. Pas dan kunnen de medicijnen goed op hem afgestemd worden.

Vandaag hebben we al afscheid genomen van een paar mensen in de buurt. Tijdens onze wandeling hebben we meteen een aantal kinderen met de ergste wormen-buikjes een wormenkuur gegeven. Sommige dingen zijn zo makkelijk… Ontworming: 60 eurocent per kind.

Zomaar enkele voorbeelden van waar we ons mee hebben bezig gehouden. En juist deze ervaringen, maken me zo rijk. Ik heb gelachen, gebaald, genoten, ben geschrokken en heb gehuild, maar ik kijk alweer uit naar mijn volgende reis naar Oeganda.

Tot snel!

Liefs, Diede